img_4715

Moestuinieren is leuk, gezond en lekker. Bovendien is moestuinieren helemaal niet ingewikkeld; je kunt klein beginnen en naar behoefte uitbreiden. Moestuinieren is momenteel weer helemaal in; steeds meer mensen ontdekken hoe leuk en makkelijk het is om eigen groenten te kweken en te oogsten. Niets smaakt lekkerder dan een zelfgekweekte tomaat of aardbei! En: jong geleerd is oud gedaan.
Daar komt bij dat je op deze manier zeker weet dat er geen gif of kunstmest bij te pas is gekomen.

Moestuinieren kan in het groot op een volkstuinencomplex of gezamenlijke buurmoestuin, maar zeker ook in het klein, gewoon in een hoekje in de tuin of op het balkon.

Op de site www.makkelijkemoestuin.nl kun je lezen hoe je op één vierkante meter al aan de slag kunt.  Dit initiatief heeft onlangs de pluk-van-de-pettenflatprijs gewonnen en is vooral leuk om met kinderen te doen. Het grote verschil met een normale moestuin hierbij is dat je kleine bakken gebruikt. Die worden weer onderverdeeld in vierkante vakken van 30 bij 30 cm. Elk vak beplant je met een andere groente. De bakken zet je op je bestaande grond en vul je met een ideale aardemix die alles in zich heeft wat je planten nodig hebben. Of je eigen grond geschikt is voor groente is dus niet belangrijk. In zo’n vierkante meter tuin zijn al je groentes makkelijk te bereiken en te verzorgen, hoef je bijna niet te wieden en is je moestuin heel makkelijk te onderhouden.

Maar ook in de border, tussen de andere (vaste)planten in kun je makkelijke groenten kweken. Je kunt hierbij denken aan tomaat en paprika (zonnige plek), pompoen (zon en voedselrijke grond), sla, rode melde (doet het altijd), winterpeen, radijsjes en uien. Heb je een plekje tegen de schutting of pergola over? Dan kun je gemakkelijk (rijs-)peultjes en sperziebonen kweken.

Keukenkruiden zoals bieslook, rozemarijn, peterselie, salie en tijm kun je gemakkelijk op een zonnig plekje in potten en bakken kweken.

Wil je meer, dan is het van belang dat je je goed voorbereidt. Je zult een stuk grond moeten hebben  met  een  goede voedselrijke bodem en goede structuur óf zorgen dat je dat realiseert. Daarnaast heb je voor het kweken op grotere schaal een teeltplan nodig. Om gezonde, ziektevrije  groenten te kweken moet je namelijk teeltwisseling toepassen:  omdat blad-, wortel- en bloemgewassen ieder hun eigen soort voeding uit de grond halen is het beter niet elk jaar op dezelfde plek te telen. De grond raakt dan uitgeput. Kool zal gebreken en ziektes gaan vertonen en ook aardappelen mogen maar één jaar op dezelfde plaats blijven staan. Daarvoor zijn groentefamilies in 3 of 4 groepen verdeeld die elk jaar een ander stukje tuin kunnen bezetten.

Als je eenmaal aan de slag bent zal je merken dat de moestuin altijd voor verassingen zorgt. Afhankelijk van o.a. voeding, zon,  water en slakken doet het ene gewas het het ene jaar prachtig en heb je veel opbrengst, terwijl een ander gewas tegenvalt, en dat het jaar erop een andere groente ineens floreert. Zo is geen seizoen hetzelfde.

Een greep uit de vele leuke boeken:

Het lekkerste terras, door Angelo Dorny, Onze smultuin, door Claudia Reina.

www.makkelijkemoestuin.nl

http://thuisacademie.ntr.nl/cursussen/cursuspagina/10-stappencursus-je-eigen-moestuin.html

http://www.maiktuinen.nl/moestuin.html

Foto: Maik Tuinen